Rio’s moeder is opgenomen in een kliniek, daarom moet hij bij zijn oma in Californië gaan wonen. Een oma die hij nauwelijks kent. Het enige waar hij vrolijk van wordt, zijn zijn vriendin Marina en de walvisspottochten die haar vader organiseert.

De zomervakantie breekt aan, maar Sem heeft er helemaal niet zo veel zin in. Zijn vriendjes en klasgenoten gaan naar verre, warme oorden en hij gaat helemaal nergens naartoe.

De oude heks is weggegaan, en het huisje in het bos voelt zich eenzaam.

Kobold de dwerg is in het bezit van een mythische sleutel, de eerste van de zeven. Deze sleutels openen de poorten naar de schat van de meedogenloze Roverkoning. Maar de zeven poorten kennen zeven bewakers en alleen zal Kobold die nooit kunnen verslaan. Gelukkig komen er precies vanavond, héél toevallig, zes wonderlijke vreemdelingen aan in zijn herberg op de klif…

Ravi kan zijn oren niet geloven: op het eiland waar hij woont wordt muziek verboden! Wat moet hij zonder zijn gitaar? Hij begrijpt niet dat zijn ouders het eens zijn met het verbod. Als hij ontdekt dat ze slapen met hun ogen open en dat er blauw licht uit hun oren schijnt, vermoedt hij dat er meer aan de hand is.

Als zijn vader wordt beschuldigd van seksueel grensoverschrijdend gedrag staat de wereld van de negentienjarige Sam op zijn kop. Wat doe je als iemand voor wie je zo veel respect hebt beschuldigd wordt van zoiets vreselijks? Om de situatie te ontvluchten gaat Sam een zomer lang kitesurfles geven op Vlieland. De golven, de wind en de gezellige kampvuuravonden met de andere instructeurs zorgen voor afleiding. Of niet?